De Ondernemingskamer in Amsterdam heeft op 17 september besloten dat de verkoop van Centric aan een consortium van Nederlandse investeerders eerlijk is verlopen voor hem en Centric. De Twentse zakenman moet verplicht meewerken aan de verkoop. Dat staat in een uitspraak van 24 september.
Het voortbestaan van Centric in een gezonde vorm is relevant voor de BV Nederland, omdat tal van gemeenten en overheidsinstellingen afhankelijk zijn van IT-oplossingen, geleverd door het bedrijf.
Gerard Sanderink verloor de controle over zijn IT-bedrijf Centric nadat hij onder invloed raakte van de omstreden Rian van Rijbroek. In 2022 oordeelde de Ondernemingskamer dat Sanderink door irrationeel gedrag niet meer geschikt was om het bedrijf te leiden. Een tijdelijke bestuurder werd aangesteld en de zeggenschap over de aandelen ging naar een beheerder. In juli 2023 werden de verschillende onderdelen van Centric verkocht aan een groep Nederlandse investeerders, zonder dat Sanderink bezwaar maakte.
Centric vreesde dat Sanderink de geplande aandelenoverdracht zou proberen te blokkeren, maar de Ondernemingskamer oordeelde in september dat hij dit niet mocht doen. Wel mag hij later nog een rechtszaak aanspannen en zich kritisch uitlaten over de verkoop, zolang hij geen laster verspreidt. Ondanks eerdere conflicten over een lening van 80 miljoen euro, hoeft Sanderink deze niet terug te betalen, omdat hij een dividenduitkering van hetzelfde bedrag krijgt na de verkoop. De exacte verkoopprijs van Centric is niet bekend, maar Sanderink schatte de waarde van zijn bedrijf op 1 miljard euro.
De overdracht van de aandelen gaat ondanks eerdere spanningen door, en Sanderink behoudt de mogelijkheid om in de toekomst juridische stappen te ondernemen. (uitspraken.rechtspraak.nl, Ziptone)