Ten minste 30% van de generatieve AI (GenAI)-projecten zal tegen het einde van 2025 worden stopgezet na een proof of concept, als gevolg van slechte datakwaliteit, ontoereikende risicocontroles, escalerende kosten of onduidelijke bedrijfswaarde, aldus Gartner.

De uitspraak is afkomstig van Rita Sallam, VP Analyst bij Gartner, die deze week tijdens de Gartner Data & Analytics Summit in Sydney commentaar gaf op de ontwikkelingen rondom GenAI.

“Na de hype van vorig jaar zijn executives ongeduldig om rendement te zien op GenAI-investeringen, maar toch worstelen organisaties met het bewijzen en realiseren van waarde. Naarmate de reikwijdte van initiatieven toeneemt, wordt de financiële last van het ontwikkelen en inzetten van GenAI-modellen steeds meer gevoeld.”

Een grote uitdaging voor organisaties ligt in het rechtvaardigen van de substantiële investering in GenAI voor productiviteitsverbetering, die moeilijk direct te vertalen is naar financieel voordeel, aldus Gartner. Veel organisaties zetten GenAI in om hun bedrijfsmodellen te transformeren en nieuwe zakelijke kansen te creëren. Deze implementatiebenaderingen gaan echter gepaard met aanzienlijke kosten, tot in vele miljoenen dollars. Volgens Sallam is het ingewikkeld om vooraf te bepalen wat de kosten van GenAI-toepassingen zijn; ook de ROI is lastig te bepalen. Dat leidt er toe dat veel CFO’s terughoudendheid zijn ten aanzien van investeringen in genAI.

In verschillende bedrijfstakken en bedrijfsprocessen variëren de resultaten dan ook per use case, per type functie en per vaardigheidsniveau van de werknemer. Volgens een recent onderzoek van Gartner rapporteerden respondenten gemiddeld een omzetstijging van 15,8%, een kostenbesparing van 15,2% en een productiviteitsverbetering van 22,6%. (Gartner)